Counterpoint – Terry Thompson, Drewes de Wit
17 juni t/m 16 juli 2022

opening op vrijdag 17 juni van 17 – 19 uur
met openingswoord door Patty Wageman, directeur Stichting Oude Groninger Kerken

Een ‘counterpoint’ is in een muziekstuk een element dat complementerend of contrasterend is, terwijl de melodie gelijk blijft. In de expositie van Terry Thompson en Drewes de Wit met deze titel zou je kunnen stellen dat daar sprake van is. Beide kunstenaars zijn geboren in 1944 en bewandelenden beiden een pad als beeldend kunstenaar, terwijl eerst een andere carrière voor ze leek uitgestippeld. In het werk van beide kunstenaars speelt het toeval en het automatische maken een rol, maar dat uit zich bij Terry Thompson vaak in werk waarbij figuratie en kunstgeschiedenis een belangrijke rol speelt, terwijl bij Drewes de Wit het materiaalonderzoek en het formele experiment centraal staan. In Counterpoint gaan hun beeldende melodieën een spannend samenspel aan.

Terry Thompson is een tekenaar in hart en nieren. In zijn tekeningen speelt de mensfiguur een centrale rol. Een naakt, een verstrengeld paar of een anatomische studie is meestal het centrale beeldelement in zijn tekeningen. Deze zijn vaak geïnspireerd door afbeeldingen van het lichaam uit de Renaissance. De figuren worden omringd door vreemde, abstracte vormen, die soms de gedaante lijken  aan te nemen van mystieke tekens.

De werken van Thompson zijn associatieve reflecties die een verbinding proberen te leggen tussen de ratio en het gevoel. Het is de intentie van de kunstenaar niet te veel geheimen prijs te geven van zijn vaak op mythische verhalen geïnspireerde tekeningen, maar hij laat de kijker dwalen door zijn eigen onverklaarbare universum.

Museumdirecteur Han Steenbruggen vat het werk van Drewes de Wit treffend samen: “Het materiële onderzoek en de daaruit voortvloeiende procesmatige benadering blijven aanleiding, maar in het uiteindelijke beeld lossen ze zich doorgaans op in mijmeringen over figuraties, abstracties, ruimten en onderlinge betekenissen.” De kunstenaar experimenteert met lak- en olieverf, door te schilderen, te schrapen en te schuren. Het toeval bepaalt veel in het werk. Daarbij ontstaan soms beelden die doen denken aan landschappen, bloemen of gezichten, maar die ook blijven wat ze zijn, namelijk spannende materiaalexperimenten.

Drewes de Wit is al 50 jaar kunstenaar. Zijn werk vindt zijn oorsprong in de fundamentele kunst van de jaren 70, waarbij proces en onderzoek belangrijker zijn dan het uiteindelijke werk. De Wit gaat echter verder dan dat, het proces blijft belangrijk, maar hoe het beeld er uit komt te zien is richtinggevend. Het gladgepolijste oppervlak en het schijnbaar onscherpe beeld van zijn schilderijen zorgen voor een heel subtiele esthetiek. Het werk is echter niet poëtisch of mystiek bedoeld. Het heeft eerder wetenschappelijke aanknopingspunten, zoals met het door een microscoop bekijken van wezentjes in een druppel slootwater. Of op de werken lijken tekens te staan van een vergeten schrift. Het onderzoek van De Wit is ook voor de kijker een spannende zoektocht naar het detail dat je weet te fascineren.

Terry Thompson – Cantos (alle 29,7 x 21 cm, € 375 per stuk)